De grens van Tajikistan naar Kyrgyzstan ligt op grote hoogte en is een overvloed aan prachtige plaatjes die op een ansichtkaart kunnen. Helaas laten we ons hier afzetten door en douanebeambte die een ecotax introduceert die ons 52 dollar kost. Jaja. We betalen want we zijn goedgelovige eco-toeristen. Kyrgyzstan is beroemd om zijn paarden en de berijders. Iedereen rijdt paard en voor alle doeleinden, Zoals een auto in Nederland. Paarden zijn overal. Dat begint direct na de grens, overal op de weg staan kuddes paarden. Gewoon te staan. Motoren, auto’s en vrachtauto’s deren hen niet en moeten maar voor hen aan de kant. Als je toch zelf een paard zou zijn, zou je toch het gras in de berm prefereren boven het asfalt? Als wij langs een yurt kamp rijden, komt er een jongetje op zijn ezel keihard aan galopperen. Hij kletst ons de oren van het hoofd maar ja, wij verstaan geen Kyrgyzsich. Later horen wij van fietsers dat sommige kinderen niet aardig zijn en stokken door de spaken steken en ze met vruchten bekogelen. Raar. De weg naar beneden richting Osh is prachtig. We lunchen in een groen weideveldje tussen de koeien. Hier ontmoeten we weer meerdere fietsers, de meesten zeer moe in de benen van de Pamir en blij dat ze in Osh een douche en goed eten te wachten staat. In Osh gaan we naar de motorzaak MuzToo van Patrick om een dag te sleutelen. Hier vervangen we voortandwiel, olie, filter, banden van beide en de balhoofdlager van de gele BMW. De balhoofd van de grijze BMW wordt gecheckt. De motoren hebben inmiddels 13.030 km gereden. Pfieuw. En eigenlijk zonder noemenswaardige problemen. Patrick had voor ons de banden vanuit Zwitserland meegenomen en een balhoofdlager ingevlogen. Bij MuzToo komen iedere dag wel motorrijders aan uit Europa om na de Pamir de motoren een beurt te geven. Je kan er ook een motor huren en dan de Pamir rijden. Lilian stapt weer vol vertrouwen op de gele BMW, Guido heeft er ruim 1800 km op gereden. Het is heet in Osh. Ook en zelfs de Australiërs die we onderweg al op de Pamir tegen kwamen, vinden het heet. Joe, Sandy, Frank and Matthew, mensen die elkaar ontmoet hebben via Themadguyonacycle.com en de 60 jaar allang gepasseerd. Maar vol humor en energie. Op de fiets door de Pamir, respect. Zo zie je maar weer, een mens is nooit te oud. Als we met hen naar een restaurant lopen, zien we grote tafels gedekt. Vandaag niet voor ons, vanavond wordt hier de Iftar (maaltijd aan eind van de dag tijdens ramadan) gegeven aan de mensen in de buurt. We ontmoeten Edwin en Yvonne die al 8 jaar op reis zijn. Oef, we zijn maar een beetje jaloers. Hun weblog is erg de moeite waard, informatieve achtergrondverhalen en mooie foto’s. We kletsen wat en het blijkt dat zij onze medereiziger uit Nederland in een VW bus voor de tocht door China onderweg ergens al ontmoet hebben, zo komen wij tijdens dit gesprek achter. It’s a small world. De ontmoetingen met de mensen blijft inspirerend en bijzonder. Guido bezoekt de Suleyman Tash, de grote rotspartij midden in de stad en de bazaar. Verder komen we wat bij in het hostel in Osh, wasje doen, inkopen doen, weblog bijwerken en een postpakket naar Nederland versturen met spullen die we niet meer gebruiken en wat souvenirs. We vervolgen onze trip na deze opfris-stop naar het noorden. Er volgen een paar zware dagen op de weg. Het is heet en stoffig en de wegen zijn onverhard, veel stenen, gravel, en watercrossings en bergpassen. De hoogste vandaag is de Kaldamapas van 3062 meter. Over gravelwegen trekken wij door de vallei van Jalalabad naar Kazarman naar Naryn in Kyrgyzstan. De omgeving is prachtig maar soms wat genegeerd door Lilian omdat het rijden alle inspanning en concentratie vereist. Guido vermaakt zich prima en zit fluitend op de motor. Tenminste, als hij niet bezig is met Lilian goede moed in te praten. Het gaat over de Kaldamapas van 3062 meter. Het is een zeer afgelegen gebied en alleen bereikbaar via gravel en riviercrossings. Maar wat mooi, dalen met dorpen en op de velden staan de nomaden met hun yurts. Ze staan soms helemaal afgelegen hoog in de bergen, met ezels, paarden en enorme kuddes geiten en schapen. En een auto. We stoppen bij een homestay in Jangy Talap na weer een dag alleen maar gravel en zand. Alles, maar dan ook alles zit onder het stof. De eigenaar kan geen woord over de grens en het stof op de koffers worden gebruikt als notitieblokje om te communiceren. Het rijden gaat eigenlijk prima deze dag, minder zand en het gravel went al meer voor Lilian. Het is Guido die deze dag de motor voor het eerst zal laten vallen terwijl hij hem op de zijstandaard wil zetten, zijn voet glijdt weg. En weer overeind gezet. De stand is 4-1. In wiens voordeel eigenlijk? De homestay in de vorm van oma ontvangt ons met een tafel vol met soort kleine oliebollen, honing en jam. Vandaag is het einde van de ramadan, de fitr mubarak (suikerfeest). Iedereen zorgt voor veel eten, vooral zoet, en de mensen in het dorp gaan bij elkaar op bezoek. Ook wij schuiven aan en krijgen een bord plov. Wij kennen dat als Pilav, rijst met van alles. Aan het eind van de dag horen we bij de achterburen de schapen luid blaten. Eén van de twee zal de maaltijd van de dag erop worden zo zien we. We maken een wandeling door het dorp. Overal is water, kleine beekjes en stroompjes, langs de berm en in de tuinen. Kanaaltjes die met een dammetje omgelegd worden om de moestuinen te bewateren. Of drinkwater voor het paard. De zoon van de boer waar wij logeren komt pas om 23.00 uur thuis. Er wordt gehooid. In de winter is het koud en het hooi zo hard nodig. Elk jaar sterft er veel vee door de kou en ondervoeding. In deze homestay is geen douche of banja, er komt een pijp uit de grond waar drinkwater uit stroomt. In het dorp en ook in de rest van Kyrgyzstan staan overal blauwe pompen waar je vers, koel grondwater uit kan pompen. Veel mensen maak er gebruik van en komen met karren en ezels om tientallen liters water te halen. We maken ook veel gebruik van de pompen. Het is niet goed om altijd en overal maar die grote plastic flessen te kopen, je laat het plastic ook weer achter. In deze landen weet men niet goed wat met het afval te doen. Hergebruik is spaarzaam om bijvoorbeeld wijn of honing te bottelen. De rest, zo vermoeden wij, komt op de vuilnisbelt achter het dorp of wordt verbrand in de winter. Ook de banja die we om de homestays gebruiken, is niet zo eco als je zou vermoeden. Om de kachel van de banja op te stoken gebruiken de mensen een soort gedroogde hei of struik. Op deze hoogten groeien immers geen bomen. Deze plant schijnt er 50 jaar over te doen om geschikt te zijn voor de kachel. Oei. In Kyrgyzstan zijn de begraafplaatsen erg bijzonder. Ook in de Pamir zagen we dit al. Grote bouwwerken, tombes, soms lijkend op een moskee. Soms hangt er een zwarte paardenstaart aan een stok bij het graf. Een zwarte paardenstaart staat voor dood, een witte staat voor leven. Of als het moslimmensen betreft zijn witte of zwarte halve maantjes. We hebben de indruk dat sommige graven echt al jaren en jaren oud zijn. De stenen zijn wegge-erodeerd door wind en zon tot er alleen een soort barbapapa-achtige vorm achter blijft. De begraafplaatsen liggen soms ver buiten het dorp op een plek die ver uit kijkt over het landschap. Het lijken soms dorpen op zich. ![]() We rijden die dag door naar Yssykköl via de Dolon pas. Het op één na grootste bergmeer op aarde nà het Titicaca meer. Het is ongeveer 100 km bij 300 km. Het meer is enigszins zilt en bevriest nooit. En is net als de Kaspische zee en het Aralmeer onderdeel van een groot waterbekken in Centraal Azië. Het ligt in het noorden van Kyrgyzstan en werd lange tijd als rustplaats voor de Zijderoute gebruikt. Later gebruikten de Russen dit als testgebied voor hun onderzeeërs en torpedo’s. Het schijnt ook dat de Russen er uranium uit het water wonnen in Sovjet tijd. Toch zijn wij nog niet lichtgevend geworden. We komen deze dag langs talloze yurts waar ze gedroogde yoghurtballen verkopen, kurut geheten. Dit is van paardenmelk. Het smaakt een beetje naar geitenkaas maar dan hard en droog en best lekker volgens Guido. Je moet er op zuigen. Langs de zuidkust van het meer stoppen we op goed geluk bij een yurt camp. Het blijkt een schot in de roos, er volgen een paar ultieme paradijsdagen. We kunnen ’s ochtends zo vanuit bed het meer in duiken. Er wordt voor ontbijt en avondeten gezorgd. De douches en wc’s zijn beter dan de meesten op een Zuid Franse of Spaanse camping. Het is ook niet gek dat er veel westerse mensen zijn. Het is een lang weekend vanwege de Fitr Mubarak en de expats uit Bishkek gaan er een paar dagen tussen uit. Het is in Bishkek meer dan 40 graden en men ontvlucht de hete stad, langs het meer is het gerieflijk en 30 graden. We genieten. Het is zwaar bewolkt en daarom denken we dat we niet hoeven te smeren. Voor het eerst verbrand deze trip. Aan tafel praten we met Zweden, Duitsers en Australiërs over hun kijk op Kyrgyzstan. Interessant omdat zij na maanden in dit land gewerkt te hebben, een beeld hebben van de kwesties in dit land. Alle voormalige Sovjet landen kampen nog steeds met het moeizame proces onafhankelijk te zijn. Dit proces kost jaren en horen wij steeds terug in deze landen. Tijdens de Sovjet tijd was er water, elektriciteit en werd er onderhoud en organisatie toegepast. Nu moeten ze dat allemaal zelf doen, wat niet mee valt als er gebrek aan geld en/of educatie is. Of een overdaad aan corruptie. We horen een aantal maatschappelijke problemen waar we wel van opkijken. Het geeft ook aan dat je niet op het eerste lachende vriendelijke gezicht af kan gaan om te weten of het goed gaat met iemand. De vuile was buiten hangen is voor niemand leuk. Afschrikwekkend is het verhaal van de bride-kidnapping. Jonge meisjes worden gekidnapt om een huwelijk af te dwingen. Het gaat om tienduizenden vrouwen per jaar. De vrouwen en hun familie worden voor een dilemma gesteld: trouwen of je eer verliezen en enorm gezichtsverlies lijden. Wat een tevens een ongelooflijk verhaal is dat de president van één van de stans in een gestolen Landcruiser uit Duitsland rijdt. Er is een documentaire over gemaakt in Duitsland. Verbijsterd staan we naast de motor van Lilian als één van de Australiërs scherp opmerkt dat het wel lijkt alsof de voorband er verkeerd op zit. En inderdaad, de band zit tegen de richting in op de velg gemonteerd! Nu snappen we waarom de laatste 150 km het zo moeizaam ging voor Lilian met rijden op het onverharde. Het wiel ging alle kanten op! Omdat we toch langs Almaty gaan besluiten we de band daar te laten omdraaien. We hebben nog zo’n 2000 km te gaan om de grens tussen Rusland en Mongolië te bereiken. We willen dit op tijd bereiken omdat we voor Mongolië ruim de tijd willen hebben. Het is een zwaar land om door heen te rijden, veel onverharde wegen en lange afstanden. We besluiten om door te rijden naar Kazachstan vanaf onze heerlijk paradijselijke yurtcamp, langs het meer richting het noorden. Langs de weg staan kinderen met emmertjes om abrikozen, of appels te verkopen. Het kost weinig en is lekker. Voor het eerst in het noorden zien we weer grote groene naaldbomen, het is aan het landschap te zien dat we weer verder van de evenaar komen, minder subtropisch qua vegetatie. Dat geldt trouwens niet voor de temperatuur die blijft tropisch. In Karakol, langs het meer ontmoeten we Ferran en Lupe, samen op de motor, een Transalp, vanuit Spanje op weg naar Mongolië. We kletsen wat en met een ‘see you on the road’ rijden we weer door. In Karakol ligt Preszwalsky begraven. Een ontdekker cq. reiziger die de wilde paarden voor het eerste waarnam en benoemde. Toch zijn biografie eens lezen. Op naar de grens, die we vol vertrouwen tegemoet gaan. Immers, de Kazachstanse overheid heeft zojuist besloten dat Nederlanders (en vele andere Europeanen) die minder dan 15 dagen verblijven, geen visum nodig hebben. Yes! Dat zou mooi zijn, het laatste land zonder visum was alweer Armenië. Het is inderdaad een easypeasy grensovergang. Voor foto's behorend bij dit verslag klik HIER Statistieken
1000 Kyrgyzsische Som 15 dollar Benzine kost 43 Som: 68 eurocent (95). Hier is 95 weer volop te krijgen en is ook daadwerkelijk 95 en geen 88 zoals we soms vermoedden in Tajikistan. Gereden kilometers : 1140 km. Totaal gereden Deventer – Osh : 12.850 km Motor laten vallen : 1 x (Guido) Reparatie/beurt : Olie, oliefilter, balhoofd (gele BMW), voortandwiel. Nieuwe voor- en achterband. De banden hebben bijna 16.000 km gereden en hadden nog best wel een duizendje ofzo meegekund. Temperatuur max Rond de 35/40 graden. We weten het niet precies. Hoogste pas Dolon pass tussen Naryn en Issygol 3830 meter
5 Comments
Marcel Sietsma
8/28/2015 08:34:09 pm
Fantastische foto's, ben benieuwd hoe jullie de Himalaya gaan ervaren. De verslagen blijven boeiend om te lezen!
Reply
lia
8/29/2015 12:29:02 am
dank weer vo0or de mooi beschreven indrukken!
Reply
Gerbram Rutgers
9/9/2015 02:32:18 pm
Heel fijn om de afgelopen maanden deelgenoot te mogen zijn van jullie belevenissen 'en route' door Azië. Treffend zijn jullie beschrijvingen van de lokale contacten met de mensen en hoe dat indruk op jullie maakt. Heel herkenbaar en waardevol. (vergelijkbaar met de documentaires van Jelle Brandt Corstius/VPRO)
Reply
Frans en Rien
9/17/2015 01:21:24 am
Wat laat gelezen, maar wat een mooi verhaal weer. Dat meer is wel de helft van Nederland! Goed gepland die reparaties en nu Mongolie in; we weten al iets meer van dat land en jullie ervaringen...!
Reply
Leave a Reply. |
Archief
May 2016
Categorieën
All
|