Na zoveel landen, zoveel grenzen met ‘moeilijke’ overheden zitten we dan, stipt op tijd bij de boarding, uithijgend in het vliegtuig naar Melbourne, met een Australisch visum op zak. Dit was met stip de meest adrenaline opwekkende grensovergang die we hadden tot nu toe.
We rijden met een gehuurd autootje over de Great Ocean Road. De Great Ocean Road leidt van Melbourne naar Adelaide, het zuidelijke deel van de staat Victoria. Zoals we al vaker ontdekten op de wereld, zijn de mooiste wegen op de wereld gebouwd door of voor militairen. In dit geval na de 1e wereldoorlog, door werkloze militairen die terugkeerden uit Europa. Tja ze moesten toch iets doen.
De Great Ocean Road is een aaneenschakeling van mooie vergezichten, knalblauwe zee, de mooiste stranden en baaien met gigantische golven. Surfen, zwemmen, de Australiërs hier zijn gek op watersporten.
Op een goede dag rijden we door een gebied met vele koalaberen. Opvallende hier zijn het aantal dode bomen. Hele stukken zijn kaal, het lijkt net een gewezen bosbrand en is het toch niet. Bij het bezoekerscentrum vertelt een vrouw dat ze alle koalaberen uit dit gebied weghalen. Op de vraag wat de reden daarvan is antwoordt ze; because the Koala eat the trees. Wij trekken onze wenkbrauwen op. Inderdaad, dat is wat koala’s doen met hun tijd. Vertwijfeld lopen we weg.
Na 5 meter op de snelweg na aankomst met het vliegtuig, maken we kennis met de westerse rijcultuur die we al lang weer vergeten waren. We rijden iets te langzaam op de snelweg naar de smaak van een hevig toeterende automobilist. Oja, we zijn weer in het land der gestressten. We zijn inmiddels gewend aan de Aziatische rijstijl, waarin klaarblijkelijk alles kan en iedereen relaxed is en niemand zich verwondert om wat dan ook. We slikken even, oh ja, we moeten ons weer aanpassen aan de regeltjes……. Ook schrikken we ons een hoedje van de prijzen hier. Oei! 60 dollar (40 euro) voor twee tassen boodschappen. Voor dat bedrag reisden we de afgelopen maanden 4 dagen! Inclusief hotel en benzine! Van de schrik gaan we maar op zoek naar alle free campsites die we kunnen vinden. Niet erg want zo komen we op de meest remote plekken terecht. Vaak alleen omdat de vakanties in Australië nog niet begonnen zijn.
We voelen ons een beetje gek zo in de auto. Onherkenbaar als reiziger in een huurauto en anoniem. Dat zijn we niet gewend op de motor. In de auto ziet iedereen er het zelfde uit. Mensen groeten elkaar niet. Het aantal mensen dat je aanspreekt is een stuk minder. Even wennen dus, we zijn weer ’gewoon’ toerist
We rijden langs de beroemde 12 apostelen. Een formatie rotsen (geen 12 gek genoeg) van kalkzandsteen in zee. Mooi en toeristisch. Helikopters cirkelen rond in de lucht. We rijden door en kamperen in een klein havendorpje. In het donker staan de vissers op de steiger te vissen. In de verte de grote oceaan, kilometers en kilometers zee en dan Antartica. Het is een gek idee. Eén van de vissers haalt een goede buit binnen, een grote inktvis. Iedereen kijkt toe hoe hij hem binnenhaalt.
We gaan op bezoek bij vrienden, in de buurt van Adelaide. De zomer is in aantocht en het is lekker warm hier. Michael en Cisca leven in het dorpje Riverton ten noorden van Adelaide met hun twee kinderen, Mila en Amber. Het is superleuk hun weer te zien en hebben veel bij te kletsen. We mogen logeren in het grote huis van hun vrienden die op vakantie zijn. In Europa nog wel, waar het koud, nat en donker is. We kunnen ons bij de kou en donkerte niets voorstellen en we klagen niet. Aan het eind van het dorp, aan de rand van de oneindige velden slapen we in heerlijke stilte en hebben de luxe van keuken en badkamer.
Ook MenC zijn weggegaan. Na twee dagen bleek dat de wind en dus ook het vuur draaiden en zo hun dorp niet zou bereiken en konden ze veilig terug. Op de radio in de auto worden uitzendingen continu onderbroken voor meldingen van brandweer en politie.
Het is de laatste dag voor de zomervakantie. We zijn erbij als de kinderen afscheid nemen van hun groep. Ze zitten op een klein schooltje in het dorp waarin er maar twee klassen zijn. In Australië dragen de kinderen nog een schooluniform en aan het begin van de bijeenkomst wordt het volkslied gezongen door de kinderen. Ook zitten er aboriginal- kinderen op deze school, ook al zijn het er weinig. Het hoofd van de school maakt bekend wie er mag blijven komend schooljaar en daarmee dus, ook wie er moet vertrekken. Pas aan het begin van het jaar wordt aan scholen bekend gemaakt of er voldoende budget is voor bepaalde personeelsinzet. Tijdelijke leerkrachten nemen ieder jaar afscheid om soms terug te keren in het nieuwe jaar.
Aan het eind geeft de klas die de school gaat verlaten voor het middelbaar onderwijs, nog een show weg en worden vanzelfsprekend de juffen en de meesters voor gek gezet. Dat we er bij deze laatste schooldag mogen zijn, hoe gek het ook klinkt, vinden wij geweldig. Het zijn de leuke dingen van het reizen.
We bezoeken een lokale markt in Nuriootpa met allerlei arts/craftswork en eten. Er zit een orkest, zij spelen Kerstliederen. In t-shirt en korte broek. Rudolf the rednose raindeer zit niet op een slee maar op een surfboard. Het lukt ons dit jaar niet om een kerstgevoel te krijgen. Als er dan ook nog een eettentje staat met Maleisisch eten, schiet ons een brok in de keel. Oef. Wat missen wij Azië.
We gaan met Micheal en Cisca en Amber en Mila naar een Wildlife park in Cudlee Creek. We bewonderen alle dieren nog eens die Australië te bieden heeft. Wombat, cookaburra, monitor lizard of goanna (varaan)We hebben zelfs een echte knuffelronde met een koala. Het zijn echt enorm schattige beestjes, zacht en heel dik.
We stappen weer in de auto en rijden in twee dagen terug naar Melbourne. Het zijn honderden kilometers rechte weg waarin eucalyptusbomen en hooivelden en hooivelden en eucalyptusbomen elkaar afwisselen. Als er dan eens een parkeerplaats langs komt of een benzinestation, dan lijkt het toch alsof je een heel afwisselende dag hebt gehad.
Het wordt nu heet in Zuid Australië en het kwik loopt tegen de 40 graden. ‘s Nachts liggen we zo stil mogelijk in de tent om niet te veel te zweten. We rijden Melbourne binnen. In de vroege morgen zullen we naar Auckland vliegen. Voor de zekerheid checken we of we een visum nodig hebben voor Nieuw Zeeland. Nee niet nodig, echt niet. We leveren de auto in en verlangen hevig naar de motoren.
Kilometers; iets van 2000 km
1 Aus dollar = 60 eurocent
Benzine kost tussen de 1.20 en 1.35 dus ongeveer 1 euro.
Temperatuur overdag 25-30 graden, één uitschieter naar 40 gradeb.
Klik HIER voor de bijbehorende foto's